Meedoen aan medisch-wetenschappelijk onderzoek
Misschien ben je gevraagd voor een medisch-wetenschappelijk onderzoek. Maar wat is dat eigenlijk en waarom is het nodig?
Misschien ben je gevraagd voor een medisch-wetenschappelijk onderzoek. Maar wat is dat eigenlijk en waarom is het nodig?
Je vindt op deze pagina de volgende informatie:
Er zijn twee soorten medisch onderzoek:
Er zijn drie soorten medisch-wetenschappelijk onderzoek:
Wil je meer weten over verschillende typen onderzoek, dan kan je kijken op de website van de Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek (CCMO). Hier lees je bijvoorbeeld over de verschillende soorten geneesmiddelenonderzoek.
MijnOnderzoeksKeuze is een tool die je helpt om te beslissen of je wel of niet wilt meedoen aan medisch-wetenschappelijk onderzoek.
De beslisstappen helpen je stap voor stap te bepalen of je wilt meedoen aan medisch-wetenschappelijk onderzoek (MWO). Medisch-wetenschappelijke onderzoeken zijn bijvoorbeeld onderzoeken naar nieuwe medicijnen of behandelingen om ziekten beter te begrijpen of te behandelen.
Er is medisch wetenschappelijk onderzoek nodig om te kijken hoe mensen reageren op medicijnen en behandelingen.
Voorbeelden van vragen waar onderzoek naar wordt gedaan zijn:
Mensen doen om verschillende redenen mee aan onderzoek.
Mensen die meedoen aan onderzoek noemen we proefpersoon. De meeste proefpersonen zijn patiënt. Zij hopen (sneller) beter te worden. Of om minder last te hebben van hun ziekte. Je kunt voordeel hebben van een nieuwe behandeling. Maar soms ook niet. Meedoen is dan een manier om bij te dragen aan een betere toekomst voor anderen. Het is wel anders dan de normale behandeling. Onderzoek met proefpersonen moet dan ook aan strenge regels voldoen.
Bespreek met je arts wat het voor jou betekent om mee te doen aan het onderzoek. Vraag naar je arts wat de risico’s en voordelen zijn van meedoen. En vraag ook naar praktische zaken zoals vergoedingen voor reiskosten.
Denk na over deze voordelen:
Wat zijn de nadelen van meedoen aan medisch wetenschappelijk onderzoek?
Denk na over deze mogelijke nadelen:
Bij onderzoek met proefpersonen wordt altijd getoetst of het veilig is. De ethische commissie – een groep zorgverleners die zelf niets met het onderzoek te maken hebben – kijkt kritisch of proefpersoenen voldoende beschermd worden. Deze commissie beoordeelt altijd eerst alle onderzoeken.
Wat zijn je rechten?
Je arts of een onderzoeker vraagt je of je wilt meedoen aan medisch wetenschappelijk onderzoek. Wat zijn dan je rechten?
Je beslist zelf of je meedoet aan een onderzoek. Het is jouw eigen keuze. Meedoen is vrijwillig. Je bent dus nooit verplicht om mee te doen. Je mag weigeren, ook als jouw arts je vraagt om mee te doen. Beslis daarom pas als je genoeg weet over de inhoud, eventuele risico’s en voordelen van het onderzoek.
Alleen als je schriftelijk (handtekening) akkoord bent, kan je als proefpersoon meedoen aan het onderzoek.
Als je niet wilt meedoen, hoef je verder niets te doen. Je hoeft nergens te tekenen. Je hoeft niet te vertellen waarom je niet wilt meedoen. Ben je patiënt? Dan krijg je de normale behandeling die je anders ook zou krijgen.
De onderzoeker voert het onderzoek uit. Hij is arts of wetenschapper en weet veel van het onderzoek af. Je hebt met hem/haar of een medewerker een gesprek over het onderzoek. Ook krijg je schriftelijke informatie over het onderzoek. Doel is dat je een duidelijk beeld krijgt van het onderzoek en wat het betekent om mee te doen. In de informatie staat wat de risico’s zijn. Ook staat er wat je voor en tijdens het onderzoek moet doen of laten. En of je er iets van mag verwachten voor jouw gezondheid.
Je hoeft meestal niet meteen te beslissen. Je hebt het recht om informatie eerst (thuis) te bekijken.
In veel onderzoeken worden alleen gegevens verzameld. Bijvoorbeeld over de lichaamstemperatuur, bepaalde bloedwaarden of hoe je je voelt. Je werkt dan mee aan bijvoorbeeld een lichamelijk onderzoek, een test of meting. Soms moet je zelf een lijstje bijhouden. Er is ook onderzoek waarbij een nieuwe behandeling, operatie of medicijn wordt getest. We gebruiken voor het gemak hier het woord ‘behandeling’. Meestal vergelijkt de onderzoeker die nieuwe behandeling met de bestaande. Door loting bepaalt de onderzoeker wie welke behandeling krijgt. Dit heet randomisatie. Het hangt van het toeval af in welke groep je terechtkomt. Vaak weet de onderzoeker zelf ook niet in welke groep je zit. Dat onderzoek heet dan dubbelblind: Jij en de onderzoeker weten allebei niet in welke groep je zit. Zo kan de onderzoeker de resultaten tussen de groepen eerlijker vergelijken. Soms vergelijkt de onderzoeker een nieuwe behandeling met een ‘nepbehandeling’. Zo’n nepbehandeling heet een placebo. De placebo lijkt in alles op de nieuwe behandeling. De ene groep proefpersonen krijgt dus de nieuwe behandeling en de andere groep proefpersonen de nepbehandeling: de placebo.
Je kan met je vragen terecht bij de onderzoeker. Je mag alle vragen stellen die je wilt. Dat mag voor, tijdens en na het onderzoek. Er is ook een onafhankelijke deskundige bij wie je terecht kunt voor advies. Zijn/haar naam en telefoonnummer staan in de schriftelijke informatie.
Onderzoekers willen natuurlijk niet dat er tijdens het onderzoek iets misgaat. Maar er kan wel eens een probleem ontstaan. Daarom moet er bij het meeste onderzoek een verzekering voor proefpersonen zijn afgesloten. Wil je hier meer over weten, lees dan deze pagina.
Deelname is vrijwillig. Je mag als proefpersoon altijd stoppen. Op elk moment. Dat mag voor en tijdens het onderzoek. Je hoeft niet te zeggen waarom. Soms kun je niet direct stoppen omdat dit ongezond of riskant is.
Wil je stoppen? Praat erover met de onderzoeker. Het kan zijn dat je bij het stoppen medische begeleiding nodig hebt. Plotseling stoppen kan onverstandig zijn. Zeker als je als patiënt aan geneesmiddelenonderzoek meedoet.
Als je ervoor kiest om mee te doen, dan moet je je houden aan de afspraken van het onderzoek. Soms mag je bijvoorbeeld niet eten. Of mag je bepaalde dingen niet eten. Misschien moet je op een vast uur een medicijn innemen. Of je moet een dagboekje bijhouden. Je moet ook meedoen aan controles en onderzoek.
Het is belangrijk dat je je aan die afspraken houdt. Anders gebeurt het onderzoek niet goed. Dan zijn de resultaten niet meer betrouwbaar zijn. Houd je je niet aan de afspraken? Dan mag de onderzoeker beslissen dat je niet langer kunt meedoen.
Ook kinderen onder de 16 jaar kunnen deelnemen aan medisch-wetenschappelijk onderzoek. Medisch-wetenschappelijk onderzoek met kinderen mag alleen als het aan strengere regels voldoet dan bij volwassenen. Deze regels gaan bijvoorbeeld over de risico’s waaraan het kind als proefpersoon mag worden blootgesteld. Die risico’s mogen niet te groot zijn. Daarnaast gelden er aparte regels voor de toestemming.
Kind & Onderzoek is een website voor kinderen en hun ouders. Je leest hier alles over het hoe, wat en waarom van onderzoek. Om te leren wat het is en zelf te besluiten of je mee wilt doen of niet.
Meer informatie over een aantal onderwerpen rondom medisch-wetenschappelijk onderzoek met proefpersonen.
Gesprekskaart voor (arts-)onderzoekers en zorgverleners Voor zorgverleners: Tips voor inclusie